een stapje terug

Download deze fiche

beschrijving

Een stapje terug is een techniek die je de kans geeft om een fout antwoord van een leerling functioneel te gebruiken in het leerproces.

werking

Als een leerling een fout antwoord geeft op een vraag, ga je terug naar het punt waar de leerling de leerstof nog beet had om van daaruit het leerproces opnieuw op te bouwen, vertrekkend vanuit bestaande kennis.

Je kunt verschillende soorten aanwijzingen geven:

  • een voorbeeld geven
  • context aanbieden
  • een regel geven
  • het ontbrekende (of eerste) stapje geven
  • terugspelen
  • verkeerde keuzes uitsluiten

tips

  • Denk vooraf goed na over de stappen die bij het beantwoorden van een vraag of het maken van een opdracht gezet moeten worden. Breng mogelijke struikelblokken in kaart en denk na over geschikte aanwijzingen.
  • Probeer zo goed mogelijk in te schatten hoe groot de kloof is tussen het kennisniveau van de leerling en de kennis die nodig is om de oorspronkelijke vraag op te lossen, zodat je niet te veel maar ook niet te weinig aanwijzingen geeft.
  • De boodschap die je geeft aan de leerlingdoor deze techniek toe te passen, is dat je verwacht dat hij/zij erin zal slagen het antwoord te vinden en dat je hem/haar daarbij zult helpen. “Ik weet het niet” kan dus nooit het laatste antwoord van de leerling zijn. 

voorbeelden

  • Je merkt dat een leerling een verkeerde tijd gebruikt als hij een verhaal schrijft in de verleden tijd. Je probeert een stap terug te gaan: “Welke tijden kunnen we allemaal gebruiken om over de verleden tijd te praten?” … “Is de actie in je verhaal voorbij of is er nog een link met het heden?” …
  • Aanwijzingen:
    • Voorbeeld: “Wat is een bijvoeglijk naamwoord?” … “Mooi is er een.”
    • Context aanbieden: Een leerling weet niet meer wat het woord ‘extremist’ betekent. Leerkracht: “Ik zou het erg vinden als jij mij een extremist zou noemen. Je zou dit bijvoorbeeld alleen maar mogen doen indien ik hier constant zou verkondigen dat IS goed bezig is.” Leerling: “Ah ja, iemand met zeer radicale opvattingen.”
    • Een regel geven: “Gebruiken we een apostrof bij de bezittelijke vorm als het woord eindigt op een medeklinker?”
    • Het ontbrekende stapje geven: “Je hebt al goed inversie toegepast. Waarmee moet je nu nog rekening houden voor de spelling van het werkwoord?”
    • Terugspelen: “Are you saying that ‘home’ is an adjective?”
    • Verkeerde keuzes uitsluiten: “Jij schrijft ‘Wordt je vader’ enkel met –d achteraan. Laat ons eens kijken hoe je tot dit antwoord gekomen bent.”