zelfreflectie na een opdracht

Download deze fiche

beschrijving

Het is belangrijk dat je zelfreflectie bij leerlingen stimuleert. Laat hen bij opdrachten en/of toetsen nadenken of ze hun werk goed of niet goed hebben gedaan. Door dit zelfonderzoek leren ze bij over hun eigen handelen en kunnen ze zichzelf in de toekomst bijsturen. Het geeft jou als leerkracht ook extra informatie die je kan gebruiken voor eventuele differentiatie.

werking

Je kunt zelfreflectie expliciet maken door deze toe te voegen te voegen aan huistaken, toetsen of opdrachten in de les. Hierbij kunnen een aantal zaken bevraagd worden:

  • Wat vonden de leerlingen zelf van hun prestatie?
  • Wat deden de leerlingen vooraf om deze opdrachten of toets tot een goed einde te brengen? Eventueel kun je opties voorzien die leerlingen kunnen aankruisen:
    • de oefeningen uit de klas opnieuw maken;
    • de theorie instuderen;
    • de extra oefeningen op Smartschool maken;
  • Wat zouden ze volgende keer anders aanpakken?

tips

  • Gebruik de zelfreflectie om nadien in te spelen op de noden van de leerlingen: in een individueel gesprek met een leerling, remediëring in de volgende les, extra input rond ‘leren leren’,…
  • Selecteer welke informatie over een leerling de moeite loont om bij te houden en welke niet.
  • Maak bij het teruggeven van de toetsen/opdrachten tijd om terug te blikken op de zelfreflectie. Misschien kunnen de leerlingen elkaar bevragen over de zelfreflectie.

voorbeelden